31651 | JDT 11:14 | Maar omdat uw dienstmaagd den Heer moet dienen, ook zolang ik bij u ben, daarom zal uw dienares s'nachts naar buiten moeten gaan, om tot God te bidden. |
31656 | JDT 11:19 | Op de hele wereld is er geen vrouw met zo'n schoon gelaat, die zo verstandig kan spreken. |
32692 | SIR 9:15 | Pleeg overleg met verstandige mensen, Maar ieder besluit zij naar Jahweh's Wet. |
32726 | SIR 10:31 | Werd zo'n arme eens rijk, hoeveel groter zijn eer; Werd zo'n rijke eens arm, hoeveel groter zijn schande! |
32868 | SIR 16:17 | Denk niet: Ik ben voor God verborgen; Wie in den hoge denkt er aan mij? Onder zo'n grote massa word ik niet bemerkt; Wat ben ik onder zo vele mensen? |
32910 | SIR 17:29 | Hoe groot is Jahweh's ontferming, En zijn erbarming voor die zich tot Hem bekeren! |
32919 | SIR 18:6 | Niets kan men er af doen en niets er aan toevoegen: Jahweh's wonderwerken zijn niet te doorgronden. |
32931 | SIR 18:18 | Maar een dwaas doet liefdeloos verwijten, En de gift van zo'n vitter perst tranen uit de ogen. |
32991 | SIR 20:15 | Hij geeft slechts weinig, maar doet veel verwijten, En zet zijn mond als een omroeper open. Vandaag zal hij lenen, morgen eist hij het terug; Hoe hatelijk is zo'n mens! |
33038 | SIR 22:3 | Een tuchteloos meisje is een schande voor haar vader; Zo'n dochter berokkent hem oneer. |
33089 | SIR 23:27 | Zo zullen al haar landgenoten erkennen, En die achterblijven het inzien: Dat er niets beter is dan de vreze des Heren, Niets zoeter dan Jahweh's gebod te volbrengen. |
33350 | SIR 33:8 | Door Jahweh's wijsheid zijn ze onderscheiden, Sommige er van zijn dagen van feest; |
33353 | SIR 33:11 | Maar Jahweh's wijsheid deed hen uiteengaan, En maakte hun wegen verschillend. |
33393 | SIR 34:18 | Een offer uit onrechtvaardig goed is een bezoedeld offer; Zo'n bespotting van de zondaren vindt geen behagen. |
33525 | SIR 39:8 | De tucht van zijn leer onderrichten, En roemen op de Wet van Jahweh's verbond. |
33623 | SIR 42:14 | Beter een slechte man dan een slechte vrouw; Want een huis vol schande brengt zo'n vrouw te weeg. |
33625 | SIR 42:16 | Zoals de zon het heelal verlicht, Straalt Jahweh's glorie over al zijn werken. |
33626 | SIR 42:17 | Gods heiligen zelfs zijn niet bij machte, Jahweh's wonderwerken te roemen. God heeft zijn legerscharen kracht gegeven, Om voor zijn glorie te kunnen bestaan. |
33715 | SIR 45:25 | Het was dus een verbond als dat met David, Den zoon van Jesse, uit Juda's stam: Want zoals de erfenis des konings alleen overgaat op zijn zonen, Zo ook het erfdeel van Aäron op heel zijn geslacht. Zegent dus Jahweh, die zo goed voor u is, En die met luister u heeft gekroond! |
33766 | SIR 48:5 | Gij, die een dode ten leven hebt opgewekt, Uit de onderwereld naar Jahweh's wil; |
33815 | SIR 50:13 | Al de zonen van Aäron in hun plechtig gewaad. Zij hielden Jahweh's offers in hun handen, Voor heel de gemeente van Israël; |
33822 | SIR 50:20 | Dan daalde hij af, en strekte zijn handen Over heel de gemeente van Israël uit. Dan was de zegen van Jahweh op zijn lippen, En tooide hij zich met Jahweh's Naam; |
33839 | SIR 51:8 | Toen dacht ik aan Jahweh's barmhartigheid terug, En aan zijn goedheid van weleer: Hoe Hij redt, die op Hem vertrouwen, En hen van alle kwaad verlost! |
34861 | 1MA 10:73 | dus gij zult thans nog veel minder bestand zijn tegen zo'n geweldige ruiterij en troepenmacht, en zeker niet in de vlakte, waar steen noch kiezel, noch schuilplaats is. |
34939 | 1MA 11:62 | Toen smeekten Gaza's inwoners Jonatan om vrede, en hij ging er op in; maar hij nam de zonen van de voornaamste burgers als gijzelaars, en zond hen naar Jerusalem. Daarna doorkruiste hij het land tot Damascus toe. |