6877 | JDG 12:6 | dan zeiden ze hem: Zeg dan eens: “sjibbólet”. En wanneer hij dan “sibbólet” zei, omdat hij het niet goed kon uitspreken, grepen ze hem, en maakten hem af bij de wedden van de Jordaan. Want ze zeiden: Dan zijt ge vluchtelingen van Efraïm! Gilad ligt tussen Efraïm en Manasse. Zo vielen er toen van Efraïm twee en veertig duizend man. |
18928 | ISA 62:4 | Men zal u niet langer “Verlatene” noemen, En uw land niet “Verwoesting”. Neen, gij zult heten: “Mijn welbehagen”, En uw land: “De Gehuwde”! Want Jahweh heeft behagen in u, En uw land wordt gehuwd. |
20993 | EZK 20:29 | En Ik sprak tot hen: Wat moet die hoogte, waar gij heen gaat? Daarom heet die nu nog “bama”. |
23104 | ZEC 11:7 | Zo werd ik de herder der kudde, ter slachting bestemd, voor de schapenkopers. Ik koos mij twee herdersstokken uit; de ene noemde ik: “Goedheid”, de andere: “Band”. Toen begon ik de kudde te weiden. |
28887 | 2CO 1:19 | Want Gods Zoon, Christus Jesus, die door ons onder u is gepreekt, door mij, Silvanus en Timóteus, Hij is niet “Ja” en “Neen” geweest, maar bij Hem was het slechts “Ja”. |
30906 | REV 8:11 | en de naam der ster heet: “Alsem”. En het derde deel van het water werd alsem, en vele mensen stierven van het water, omdat het bitter was geworden. |
33742 | SIR 47:6 | Daarom zongen de meisjes hem toe, En prezen hem met “Tienduizend”. Toen hij de kroon droeg, voerde hij krijg, |